| Vermeng voor de 
			marinade de karnemelk met de azijn, de in ringen gesneden ui, de 
			kruiden, het zout en de citroenschil en laat het vlees hierin ± 3 
			dagen staan.Neem het vlees uit de marinade, droog het af, wrijf het in met peper 
			en zout, leg het in de natgemaakte Römertopf en dek het met dunne 
			lapjes spek af.
 Strooi de soepgroenten erover en giet er de marinade bij tot een 
			hoogte van ± 3 cm.
 Leg het deksel op de schotel, zet hem in een koude oven die op 200ºC 
			is ingesteld en stoof het vlees in ± 2 1/2 uur mals en gaar.
 Giet er ieder half uur een scheutje van de warm gemaakte marinade 
			bij.
 Stoof het vlees het laatste half uur zonder deksel.
 Leg het vlees op een verwarmde schotel.
 Zeef het stoofvocht in een pannetje en laat het met de brood- of 
			koekkruimels koken tot de saus voldoende is gebonden en maak de saus 
			af met de in dunne schijfjes gesneden augurk.
 Dien deze schotel op met aardappelpuree, gekookte aardappelen of 
			rijst.
 Variaties:
 Laat voor de marinade de azijn met de kruiden 10 minuten trekken en 
			giet het heet over het vlees.
 Of: Maak de marinade van half azijn en half rode wijn.
 Of: Laat 2 in reepjes gesneden wortel, 1/2 in dobbelsteentjes 
			gesneden selderijknol en een takje peterselie mee smoren.
 Of: Garneer het vlees voor het opdienen met appelschijven, die in 
			een suikeroplossing zijn gepocheerd of roer in water met citroensap, 
			suiker en kaneel gekookte tutti frutti door de saus. Zo wordt het in 
			het noorden van Duitsland en Scandinavië gedaan.
 
			*Staartstuk is een mals en sappig 
			stuk (rund)vlees met een randje vet. Het randje vet laten zitten bij 
			de bereiding en het vlees. 
			 
 
 
  
	 
			  |