| 
			 Doe de eieren in 
			een kom, voeg 1 eetl. koud water en wat verse zwarte peper toe en 
			kluts het geheel met een vork tot de eieren schuimig zijn.  
			Verhit in een omeletpan (of koekenpan met antiaanbaklaag) van 18 cm 
			doorsnee de boter op matig vuur tot deze begint te bruisen. Houd de 
			pan schuin zodat de boter over de hele bodem van de pan vloeit. 
			Schenk het eiermengsel in de pan. Bak de omelet ong. 1 minuut, 
			waarbij u het eiermengsel licht omroert en het gare ei vanaf de 
			randen naar binnen schuift, zodat het eiermengsel onder de omelet 
			kan vloeien en eveneens gaar wordt.  
			Stop met roeren zodra de omelet begint te stollen. Verdeel de 
			stukjes tomaat erover. Bak de omelet nog 30 seconden tot hij precies 
			gaar is en aan de onderkant goudbruin kleurt. Neem de pan van het 
			vuur.  
			Strooi de kaas en waterkers over de omelet. Laat de omelet op een 
			voorverwarmd bord glijden en klap hem daarbij dubbel. Serveer 
			direct. 
			  
			  
			
	  
			
	  
			 |